Kuddes van wel 250 olifanten, de grootste populatie bavianen ter wereld, de meeste wilde dieren per vierkante kilometer in heel Afrika en ook nog eens het land van een van de meest spectaculaire natuurfenomenen: de Grote Trek. Tanzania is een droom voor iedere wildlife spotter.
Het land aan de westkust van Afrika heeft de ideale leefomstandigheden voor de dieren. En de nationale parken waarin ze leven, hebben een uniek karakter. Er zijn geen geasfalteerde wegen en er zijn geen hekken. Alles is puur natuur dus. Wij hebben de vier beste safariplekken in Tanzania voor je op een rijtje gezet.
4. De Grote Trek in Serengeti National Park
Wie kent de beelden niet van duizenden wildebeesten, impala’s en zebra’s die een rivier proberen over te steken. Af en toe wordt een gegrepen door een hongerige krokodil, terwijl de nijlpaarden rustig toekijken. Dit is de Grote Trek. Een fenomeen in Tanzania, waarbij miljoenen dieren op zoek gaan naar groener gras en meer eten.
De tocht wordt een groot deel van de beesten fataal. Ze raken kreupel, verdrinken in de rivier of worden gegrepen door krokodillen, leeuwen, hyena’s of luipaarden. Maar ze moeten wel, want na de regentijd droogt de Ngorongoro krater op en is er geen eten meer.
Dit bijzondere spektakel speelt zich af in het Serengeti National Park in het noorden van Tanzania. De dieren verblijven aan het begin van het jaar in de Ndutu- regio, in het zuiden van het park en trekken rond juni richting Masai Mara in Kenia.
Om dit natuurfenomeen te spotten ga je in juli/augustus naar Tanzania. Tegen die tijd steken de kuddes de beroemde Mara-rivier over en dat zorgt gegarandeerd voor spektakel. Hoe en wanneer de beesten precies migreren is afhankelijk van de regen, maar ervaren gidsen kunnen dit goed voorspellen.
3. De meeste wilde dieren in heel Afrika in Ngorongoro National Park
Listige leeuwen en sluwe luipaarden liggen op de loer. De duizenden wildebeesten, zebra’s en impala’s grazen rustig op de groene vlakte en zijn zich van geen kwaad bewust. Ineens spitst een haar oren en begint de hele kudde te rennen voor zijn leven. Een leeuw springt uit het hoge gras en gaat recht op zijn doel af.
De Ngorongoro krater in het zuiden van de Serengeti, is een van de beste plekken om leeuwen, luipaarden en cheeta's te spotten. Al deze roofdieren komen af op de vele hoefdieren, zoals zebra’s, impala’s en wildebeesten. Zij verblijven hier, totdat ze aan de Grote Trek beginnen.
Vanaf de kraterrand kijk je het vlakke groene dal in. De eindeloze vlakte vol wildleven strekt zich voor je uit. De Ngorongoro krater is de grootste vulkaankrater ter wereld en is omsloten door een cirkelvormige bergrug.
De krater is een walhalla voor elke safaritoerist. In de maanden december, januari, februari en maart wonen in dit gebied de meeste wilde dieren per vierkante kilometer in heel Afrika. In deze maanden bezoek je dus het Ngorongoro National Park. Wedden dat jij die big five binnen no-time spot?
2. Leeuwen in bomen in Lake Manyara National Park
Turend over de grasvlaktes ben je op zoek naar de koning van het dierenrijk. Je speurt en speurt, maar spot de imposante leeuwen niet. In Tanzania moet je ook niet over het land kijken om de katachtige te spotten, maar in de boom! Hè, wat?
Net onder het Ngorongoro National Park ligt Lake Manyara. En de grootste attractie rondom dit meer zijn de boomklimmende leeuwen. De dieren hebben zich aangepast aan de vele overstromingen en hebben zichzelf aangeleerd om in de boom te klimmen. Kijk dus even omhoog als je op zoek gaat naar dit beest van de Big Five.
Maar je spot hier niet alleen leeuwen. Ook de andere dieren van de Big Five hebben van deze plek hun thuis gemaakt. Daarnaast streep je ook nog eens zebra’s, giraffes en de grootste populatie bavianen ter wereld van je lijstje. En dat is nog niet alles. Immense groepen roze flamingo's strijken regelmatig neer in het meer.
Om al dit natuurschoon te bewonderen bezoek je Lake Manyara in juni, juli of augustus. Dit zijn de droge maanden. Vogelspotters gaan juist van november tot en met juni naar het meer. Dan is er de meeste kans om flamingo’s te zien.
1. Honderden olifanten in Tarangire National Park
Stofwolken waaien op. Doffe dreunen laten de grond trillen. Als het stof neerdaalt komt een hele stoet olifanten in zicht. Klein en groot. Wapperende oren en slingerende slurfen. De dikhuiden lopen gestaag richting de rivier en eenmaal aangekomen baden ze in het koele water.
In het Tarangire National Park, dat net onder Lake Manyara begint, woont de grootste populatie olifanten van heel Afrika. Met een beetje geluk spot je hier kuddes van wel 250 grote grijze beesten bij elkaar.
Rijd met je jeep over de groene vlaktes met hier en daar een dikke baobabboom. En kijk niet alleen uit naar de kuddes olifanten, maar ga ook op zoek naar wildebeesten, zebra’s, kudu's, leeuwen, luipaarden en struisvogels. Bij de Tarangire River, maak je de meeste kans om al dit wildleven te spotten.
De beste reistijd voor dit park is van juni tot eind oktober. Dit zijn de droge maanden, waarin de dieren de rivier opzoeken. En door de droogte spot je het wildleven makkelijker. Maar een bezoek aan het Tarangire National Park in begin november tijdens de eerste regenval is ook waanzinnig. Het gebied kleurt dan felgroen.
Nu wil jij natuurlijk direct al deze dieren van je lijstje strepen? Dat kan als je een van deze safari reizen boekt!
Fotocredits: Clay Junell | Deborah | Greg Willis | James H
750.080
